De of het accreditering?
De accreditering
Is het de of het accreditering
In de Nederlandse taal gebruiken wij de accreditering.
Elke dag een e-mail ontvangen met de oefening?
English: accreditation
Deutsch: Beglaubigung | Bekijk of het der of die Beglaubigung is.
Français: Accréditation | Bekijk of het Le o La Accréditation is.
Jou of jouw: jouw accreditering
Buigings-e:
Mooi of mooie accreditering
Groot of grote accreditering
Half of halve accreditering
Grappig of grappige accreditering
Leeg of lege accreditering
leuk of leuke accreditering
Vet of vette accreditering
Snel of snelle accreditering
Wit of witte accreditering
Klein of kleine accreditering
Rood of rode accreditering
Dik of dikke accreditering
Oud of oude accreditering
Goed of goede accreditering
Wat rijmt er op accreditering
Elk of elke: Elke accreditering
Aanwijzend voornaamwoord: Die accreditering
Bezittelijk voornaamwoord: Onze accreditering
Wat rijmt er op accreditering
Buigings-e:
Mooi of mooie accreditering
Groot of grote accreditering
Half of halve accreditering
Grappig of grappige accreditering
Leeg of lege accreditering
leuk of leuke accreditering
Vet of vette accreditering
Snel of snelle accreditering
Wit of witte accreditering
Klein of kleine accreditering
Rood of rode accreditering
Dik of dikke accreditering
Oud of oude accreditering
Goed of goede accreditering
Wat rijmt er op accreditering
Elk of elke: Elke accreditering
Aanwijzend voornaamwoord: Die accreditering
Bezittelijk voornaamwoord: Onze accreditering
Wat rijmt er op accreditering
Oefening van de dag