De of het bedrijfscontinuiteit?
De bedrijfscontinuiteit
Is het de of het bedrijfscontinuiteit
In de Nederlandse taal gebruiken wij de bedrijfscontinuiteit.
Elke dag een e-mail ontvangen met de oefening?
English: business continuity
Deutsch: Geschäftskontinuität | Bekijk of het der of die Geschäftskontinuität is.
Français: continuité de l'activité | Bekijk of het Le o La continuité de l'activité is.
Jou of jouw: jouw bedrijfscontinuiteit
Buigings-e:
Mooi of mooie bedrijfscontinuiteit
Groot of grote bedrijfscontinuiteit
Half of halve bedrijfscontinuiteit
Grappig of grappige bedrijfscontinuiteit
Leeg of lege bedrijfscontinuiteit
leuk of leuke bedrijfscontinuiteit
Vet of vette bedrijfscontinuiteit
Snel of snelle bedrijfscontinuiteit
Wit of witte bedrijfscontinuiteit
Klein of kleine bedrijfscontinuiteit
Rood of rode bedrijfscontinuiteit
Dik of dikke bedrijfscontinuiteit
Oud of oude bedrijfscontinuiteit
Goed of goede bedrijfscontinuiteit
Wat rijmt er op bedrijfscontinuiteit
Elk of elke: Elke bedrijfscontinuiteit
Aanwijzend voornaamwoord: Die bedrijfscontinuiteit
Bezittelijk voornaamwoord: Onze bedrijfscontinuiteit
Wat rijmt er op bedrijfscontinuiteit
Buigings-e:
Mooi of mooie bedrijfscontinuiteit
Groot of grote bedrijfscontinuiteit
Half of halve bedrijfscontinuiteit
Grappig of grappige bedrijfscontinuiteit
Leeg of lege bedrijfscontinuiteit
leuk of leuke bedrijfscontinuiteit
Vet of vette bedrijfscontinuiteit
Snel of snelle bedrijfscontinuiteit
Wit of witte bedrijfscontinuiteit
Klein of kleine bedrijfscontinuiteit
Rood of rode bedrijfscontinuiteit
Dik of dikke bedrijfscontinuiteit
Oud of oude bedrijfscontinuiteit
Goed of goede bedrijfscontinuiteit
Wat rijmt er op bedrijfscontinuiteit
Elk of elke: Elke bedrijfscontinuiteit
Aanwijzend voornaamwoord: Die bedrijfscontinuiteit
Bezittelijk voornaamwoord: Onze bedrijfscontinuiteit
Wat rijmt er op bedrijfscontinuiteit
Oefening van de dag