De of het depothoudster?
De depothoudster
Is het de of het depothoudster
In de Nederlandse taal gebruiken wij de depothoudster.
Thanks!
Fout!
Elke dag een e-mail ontvangen met de oefening?
English: depot holder
Deutsch: Depotinhaber | Bekijk of het der of die Depotinhaber is.
Français: titulaire dépôt | Bekijk of het Le o La titulaire dépôt is.
Jou of jouw: jouw depothoudster
Buigings-e:
Mooi of mooie depothoudster
Groot of grote depothoudster
Half of halve depothoudster
Grappig of grappige depothoudster
Leeg of lege depothoudster
leuk of leuke depothoudster
Vet of vette depothoudster
Snel of snelle depothoudster
Wit of witte depothoudster
Klein of kleine depothoudster
Rood of rode depothoudster
Dik of dikke depothoudster
Oud of oude depothoudster
Goed of goede depothoudster
Wat rijmt er op depothoudster
Elk of elke: Elke depothoudster
Aanwijzend voornaamwoord: Die depothoudster
Bezittelijk voornaamwoord: Onze depothoudster
Wat rijmt er op depothoudster
Buigings-e:
Mooi of mooie depothoudster
Groot of grote depothoudster
Half of halve depothoudster
Grappig of grappige depothoudster
Leeg of lege depothoudster
leuk of leuke depothoudster
Vet of vette depothoudster
Snel of snelle depothoudster
Wit of witte depothoudster
Klein of kleine depothoudster
Rood of rode depothoudster
Dik of dikke depothoudster
Oud of oude depothoudster
Goed of goede depothoudster
Wat rijmt er op depothoudster
Elk of elke: Elke depothoudster
Aanwijzend voornaamwoord: Die depothoudster
Bezittelijk voornaamwoord: Onze depothoudster
Wat rijmt er op depothoudster
Oefening van de dag
