De of het doelkaart?
De doelkaart
Is het de of het doelkaart
In de Nederlandse taal gebruiken wij de doelkaart.
Elke dag een e-mail ontvangen met de oefening?
English: target map
Deutsch: Zweckkarte | Bekijk of het der of die Zweckkarte is.
Français: carte de but | Bekijk of het Le o La carte de but is.
Jou of jouw: jouw doelkaart
Buigings-e:
Mooi of mooie doelkaart
Groot of grote doelkaart
Half of halve doelkaart
Grappig of grappige doelkaart
Leeg of lege doelkaart
leuk of leuke doelkaart
Vet of vette doelkaart
Snel of snelle doelkaart
Wit of witte doelkaart
Klein of kleine doelkaart
Rood of rode doelkaart
Dik of dikke doelkaart
Oud of oude doelkaart
Goed of goede doelkaart
Wat rijmt er op doelkaart
Elk of elke: Elke doelkaart
Aanwijzend voornaamwoord: Die doelkaart
Bezittelijk voornaamwoord: Onze doelkaart
Wat rijmt er op doelkaart
Buigings-e:
Mooi of mooie doelkaart
Groot of grote doelkaart
Half of halve doelkaart
Grappig of grappige doelkaart
Leeg of lege doelkaart
leuk of leuke doelkaart
Vet of vette doelkaart
Snel of snelle doelkaart
Wit of witte doelkaart
Klein of kleine doelkaart
Rood of rode doelkaart
Dik of dikke doelkaart
Oud of oude doelkaart
Goed of goede doelkaart
Wat rijmt er op doelkaart
Elk of elke: Elke doelkaart
Aanwijzend voornaamwoord: Die doelkaart
Bezittelijk voornaamwoord: Onze doelkaart
Wat rijmt er op doelkaart
Oefening van de dag



