De of het domineren?
Het domineren
Is het de of het domineren
In de Nederlandse taal gebruiken wij het domineren.
Elke dag een e-mail ontvangen met de oefening?
English: dominate
Deutsch: dominieren | Bekijk of het der of die dominieren is.
Français: dominer | Bekijk of het Le o La dominer is.
Jou of jouw: jouw domineren
Buigings-e:
Mooi of mooie domineren
Groot of grote domineren
Half of halve domineren
Grappig of grappige domineren
Leeg of lege domineren
leuk of leuke domineren
Vet of vette domineren
Snel of snelle domineren
Wit of witte domineren
Klein of kleine domineren
Rood of rode domineren
Dik of dikke domineren
Oud of oude domineren
Goed of goede domineren
Wat rijmt er op domineren
Elk of elke: Elk domineren
Aanwijzend voornaamwoord: Dat domineren
Bezittelijk voornaamwoord: Ons domineren
Wat rijmt er op domineren
predomineren -
Buigings-e:
Mooi of mooie domineren
Groot of grote domineren
Half of halve domineren
Grappig of grappige domineren
Leeg of lege domineren
leuk of leuke domineren
Vet of vette domineren
Snel of snelle domineren
Wit of witte domineren
Klein of kleine domineren
Rood of rode domineren
Dik of dikke domineren
Oud of oude domineren
Goed of goede domineren
Wat rijmt er op domineren
Elk of elke: Elk domineren
Aanwijzend voornaamwoord: Dat domineren
Bezittelijk voornaamwoord: Ons domineren
Wat rijmt er op domineren
predomineren -
Oefening van de dag



