De of het fietsenhelling?
De fietsenhelling
Is het de of het fietsenhelling
In de Nederlandse taal gebruiken wij de fietsenhelling.
Elke dag een e-mail ontvangen met de oefening?
English: bike ramp
Jou of jouw: jouw fietsenhelling
Buigings-e:
Mooi of mooie fietsenhelling
Groot of grote fietsenhelling
Half of halve fietsenhelling
Grappig of grappige fietsenhelling
Leeg of lege fietsenhelling
leuk of leuke fietsenhelling
Vet of vette fietsenhelling
Snel of snelle fietsenhelling
Wit of witte fietsenhelling
Klein of kleine fietsenhelling
Rood of rode fietsenhelling
Dik of dikke fietsenhelling
Oud of oude fietsenhelling
Goed of goede fietsenhelling
Wat rijmt er op fietsenhelling
Elk of elke: Elke fietsenhelling
Aanwijzend voornaamwoord: Die fietsenhelling
Bezittelijk voornaamwoord: Onze fietsenhelling
Wat rijmt er op fietsenhelling
Buigings-e:
Mooi of mooie fietsenhelling
Groot of grote fietsenhelling
Half of halve fietsenhelling
Grappig of grappige fietsenhelling
Leeg of lege fietsenhelling
leuk of leuke fietsenhelling
Vet of vette fietsenhelling
Snel of snelle fietsenhelling
Wit of witte fietsenhelling
Klein of kleine fietsenhelling
Rood of rode fietsenhelling
Dik of dikke fietsenhelling
Oud of oude fietsenhelling
Goed of goede fietsenhelling
Wat rijmt er op fietsenhelling
Elk of elke: Elke fietsenhelling
Aanwijzend voornaamwoord: Die fietsenhelling
Bezittelijk voornaamwoord: Onze fietsenhelling
Wat rijmt er op fietsenhelling
Oefening van de dag