De of het groentewinkel?
De groentewinkel
Is het de of het groentewinkel
In de Nederlandse taal gebruiken wij de groentewinkel.
Thanks!
Fout!
Elke dag een e-mail ontvangen met de oefening?
English: greengrocer
Deutsch: Obst- und Gemüsehändler | Bekijk of het der of die Obst- und Gemüsehändler is.
Français: marchand de légumes | Bekijk of het Le o La marchand de légumes is.
Jou of jouw: jouw groentewinkel
Buigings-e:
Mooi of mooie groentewinkel
Groot of grote groentewinkel
Half of halve groentewinkel
Grappig of grappige groentewinkel
Leeg of lege groentewinkel
leuk of leuke groentewinkel
Vet of vette groentewinkel
Snel of snelle groentewinkel
Wit of witte groentewinkel
Klein of kleine groentewinkel
Rood of rode groentewinkel
Dik of dikke groentewinkel
Oud of oude groentewinkel
Goed of goede groentewinkel
Wat rijmt er op groentewinkel
Elk of elke: Elke groentewinkel
Aanwijzend voornaamwoord: Die groentewinkel
Bezittelijk voornaamwoord: Onze groentewinkel
Wat rijmt er op groentewinkel
Buigings-e:
Mooi of mooie groentewinkel
Groot of grote groentewinkel
Half of halve groentewinkel
Grappig of grappige groentewinkel
Leeg of lege groentewinkel
leuk of leuke groentewinkel
Vet of vette groentewinkel
Snel of snelle groentewinkel
Wit of witte groentewinkel
Klein of kleine groentewinkel
Rood of rode groentewinkel
Dik of dikke groentewinkel
Oud of oude groentewinkel
Goed of goede groentewinkel
Wat rijmt er op groentewinkel
Elk of elke: Elke groentewinkel
Aanwijzend voornaamwoord: Die groentewinkel
Bezittelijk voornaamwoord: Onze groentewinkel
Wat rijmt er op groentewinkel
Oefening van de dag
