De of het hamburgerkraam?
Het hamburgerkraam
Is het de of het hamburgerkraam
In de Nederlandse taal gebruiken wij het hamburgerkraam.
Elke dag een e-mail ontvangen met de oefening?
English: burger stall
Jou of jouw: jouw hamburgerkraam
Buigings-e:
Mooi of mooie hamburgerkraam
Groot of grote hamburgerkraam
Half of halve hamburgerkraam
Grappig of grappige hamburgerkraam
Leeg of lege hamburgerkraam
leuk of leuke hamburgerkraam
Vet of vette hamburgerkraam
Snel of snelle hamburgerkraam
Wit of witte hamburgerkraam
Klein of kleine hamburgerkraam
Rood of rode hamburgerkraam
Dik of dikke hamburgerkraam
Oud of oude hamburgerkraam
Goed of goede hamburgerkraam
Wat rijmt er op hamburgerkraam
Elk of elke: Elk hamburgerkraam
Aanwijzend voornaamwoord: Dat hamburgerkraam
Bezittelijk voornaamwoord: Ons hamburgerkraam
Wat rijmt er op hamburgerkraam
Buigings-e:
Mooi of mooie hamburgerkraam
Groot of grote hamburgerkraam
Half of halve hamburgerkraam
Grappig of grappige hamburgerkraam
Leeg of lege hamburgerkraam
leuk of leuke hamburgerkraam
Vet of vette hamburgerkraam
Snel of snelle hamburgerkraam
Wit of witte hamburgerkraam
Klein of kleine hamburgerkraam
Rood of rode hamburgerkraam
Dik of dikke hamburgerkraam
Oud of oude hamburgerkraam
Goed of goede hamburgerkraam
Wat rijmt er op hamburgerkraam
Elk of elke: Elk hamburgerkraam
Aanwijzend voornaamwoord: Dat hamburgerkraam
Bezittelijk voornaamwoord: Ons hamburgerkraam
Wat rijmt er op hamburgerkraam
Oefening van de dag