De of het handelsafgevaardigde?
De handelsafgevaardigde
Is het de of het handelsafgevaardigde
In de Nederlandse taal gebruiken wij de handelsafgevaardigde.
Elke dag een e-mail ontvangen met de oefening?
English: trade representative
Jou of jouw: jouw handelsafgevaardigde
Buigings-e:
Mooi of mooie handelsafgevaardigde
Groot of grote handelsafgevaardigde
Half of halve handelsafgevaardigde
Grappig of grappige handelsafgevaardigde
Leeg of lege handelsafgevaardigde
leuk of leuke handelsafgevaardigde
Vet of vette handelsafgevaardigde
Snel of snelle handelsafgevaardigde
Wit of witte handelsafgevaardigde
Klein of kleine handelsafgevaardigde
Rood of rode handelsafgevaardigde
Dik of dikke handelsafgevaardigde
Oud of oude handelsafgevaardigde
Goed of goede handelsafgevaardigde
Wat rijmt er op handelsafgevaardigde
Elk of elke: Elke handelsafgevaardigde
Aanwijzend voornaamwoord: Die handelsafgevaardigde
Bezittelijk voornaamwoord: Onze handelsafgevaardigde
Wat rijmt er op handelsafgevaardigde
Buigings-e:
Mooi of mooie handelsafgevaardigde
Groot of grote handelsafgevaardigde
Half of halve handelsafgevaardigde
Grappig of grappige handelsafgevaardigde
Leeg of lege handelsafgevaardigde
leuk of leuke handelsafgevaardigde
Vet of vette handelsafgevaardigde
Snel of snelle handelsafgevaardigde
Wit of witte handelsafgevaardigde
Klein of kleine handelsafgevaardigde
Rood of rode handelsafgevaardigde
Dik of dikke handelsafgevaardigde
Oud of oude handelsafgevaardigde
Goed of goede handelsafgevaardigde
Wat rijmt er op handelsafgevaardigde
Elk of elke: Elke handelsafgevaardigde
Aanwijzend voornaamwoord: Die handelsafgevaardigde
Bezittelijk voornaamwoord: Onze handelsafgevaardigde
Wat rijmt er op handelsafgevaardigde
Oefening van de dag