De of het handtekeing?
De handtekeing
Is het de of het handtekeing
In de Nederlandse taal gebruiken wij de handtekeing.
Elke dag een e-mail ontvangen met de oefening?
English: handtekeing
Jou of jouw: jouw handtekeing
Buigings-e:
Mooi of mooie handtekeing
Groot of grote handtekeing
Half of halve handtekeing
Grappig of grappige handtekeing
Leeg of lege handtekeing
leuk of leuke handtekeing
Vet of vette handtekeing
Snel of snelle handtekeing
Wit of witte handtekeing
Klein of kleine handtekeing
Rood of rode handtekeing
Dik of dikke handtekeing
Oud of oude handtekeing
Goed of goede handtekeing
Wat rijmt er op handtekeing
Elk of elke: Elke handtekeing
Aanwijzend voornaamwoord: Die handtekeing
Bezittelijk voornaamwoord: Onze handtekeing
Wat rijmt er op handtekeing
Buigings-e:
Mooi of mooie handtekeing
Groot of grote handtekeing
Half of halve handtekeing
Grappig of grappige handtekeing
Leeg of lege handtekeing
leuk of leuke handtekeing
Vet of vette handtekeing
Snel of snelle handtekeing
Wit of witte handtekeing
Klein of kleine handtekeing
Rood of rode handtekeing
Dik of dikke handtekeing
Oud of oude handtekeing
Goed of goede handtekeing
Wat rijmt er op handtekeing
Elk of elke: Elke handtekeing
Aanwijzend voornaamwoord: Die handtekeing
Bezittelijk voornaamwoord: Onze handtekeing
Wat rijmt er op handtekeing
Oefening van de dag