De of het huiswerkbespreking?
De huiswerkbespreking
Is het de of het huiswerkbespreking
In de Nederlandse taal gebruiken wij de huiswerkbespreking.
Elke dag een e-mail ontvangen met de oefening?
English: house work discussion
Deutsch: Hausarbeit Treffen | Bekijk of het der of die Hausarbeit Treffen is.
Français: réunion de travail de la maison | Bekijk of het Le o La réunion de travail de la maison is.
Jou of jouw: jouw huiswerkbespreking
Buigings-e:
Mooi of mooie huiswerkbespreking
Groot of grote huiswerkbespreking
Half of halve huiswerkbespreking
Grappig of grappige huiswerkbespreking
Leeg of lege huiswerkbespreking
leuk of leuke huiswerkbespreking
Vet of vette huiswerkbespreking
Snel of snelle huiswerkbespreking
Wit of witte huiswerkbespreking
Klein of kleine huiswerkbespreking
Rood of rode huiswerkbespreking
Dik of dikke huiswerkbespreking
Oud of oude huiswerkbespreking
Goed of goede huiswerkbespreking
Wat rijmt er op huiswerkbespreking
Elk of elke: Elke huiswerkbespreking
Aanwijzend voornaamwoord: Die huiswerkbespreking
Bezittelijk voornaamwoord: Onze huiswerkbespreking
Wat rijmt er op huiswerkbespreking
Buigings-e:
Mooi of mooie huiswerkbespreking
Groot of grote huiswerkbespreking
Half of halve huiswerkbespreking
Grappig of grappige huiswerkbespreking
Leeg of lege huiswerkbespreking
leuk of leuke huiswerkbespreking
Vet of vette huiswerkbespreking
Snel of snelle huiswerkbespreking
Wit of witte huiswerkbespreking
Klein of kleine huiswerkbespreking
Rood of rode huiswerkbespreking
Dik of dikke huiswerkbespreking
Oud of oude huiswerkbespreking
Goed of goede huiswerkbespreking
Wat rijmt er op huiswerkbespreking
Elk of elke: Elke huiswerkbespreking
Aanwijzend voornaamwoord: Die huiswerkbespreking
Bezittelijk voornaamwoord: Onze huiswerkbespreking
Wat rijmt er op huiswerkbespreking
Oefening van de dag



