De of het informatieposter?
De informatieposter
Is het de of het informatieposter
In de Nederlandse taal gebruiken wij de informatieposter.
Elke dag een e-mail ontvangen met de oefening?
English: information poster
Deutsch: Informationsplakat | Bekijk of het der of die Informationsplakat is.
Français: affiche d'information | Bekijk of het Le o La affiche d'information is.
Jou of jouw: jouw informatieposter
Buigings-e:
Mooi of mooie informatieposter
Groot of grote informatieposter
Half of halve informatieposter
Grappig of grappige informatieposter
Leeg of lege informatieposter
leuk of leuke informatieposter
Vet of vette informatieposter
Snel of snelle informatieposter
Wit of witte informatieposter
Klein of kleine informatieposter
Rood of rode informatieposter
Dik of dikke informatieposter
Oud of oude informatieposter
Goed of goede informatieposter
Wat rijmt er op informatieposter
Elk of elke: Elke informatieposter
Aanwijzend voornaamwoord: Die informatieposter
Bezittelijk voornaamwoord: Onze informatieposter
Wat rijmt er op informatieposter
Buigings-e:
Mooi of mooie informatieposter
Groot of grote informatieposter
Half of halve informatieposter
Grappig of grappige informatieposter
Leeg of lege informatieposter
leuk of leuke informatieposter
Vet of vette informatieposter
Snel of snelle informatieposter
Wit of witte informatieposter
Klein of kleine informatieposter
Rood of rode informatieposter
Dik of dikke informatieposter
Oud of oude informatieposter
Goed of goede informatieposter
Wat rijmt er op informatieposter
Elk of elke: Elke informatieposter
Aanwijzend voornaamwoord: Die informatieposter
Bezittelijk voornaamwoord: Onze informatieposter
Wat rijmt er op informatieposter
Oefening van de dag



