De of het infrastructuurplan?
Het infrastructuurplan
Is het de of het infrastructuurplan
In de Nederlandse taal gebruiken wij het infrastructuurplan.
Elke dag een e-mail ontvangen met de oefening?
English: infrastructure plan
Deutsch: Infrastrukturplan | Bekijk of het der of die Infrastrukturplan is.
Français: plan d'infrastructure | Bekijk of het Le o La plan d'infrastructure is.
Jou of jouw: jouw infrastructuurplan
Buigings-e:
Mooi of mooie infrastructuurplan
Groot of grote infrastructuurplan
Half of halve infrastructuurplan
Grappig of grappige infrastructuurplan
Leeg of lege infrastructuurplan
leuk of leuke infrastructuurplan
Vet of vette infrastructuurplan
Snel of snelle infrastructuurplan
Wit of witte infrastructuurplan
Klein of kleine infrastructuurplan
Rood of rode infrastructuurplan
Dik of dikke infrastructuurplan
Oud of oude infrastructuurplan
Goed of goede infrastructuurplan
Wat rijmt er op infrastructuurplan
Elk of elke: Elk infrastructuurplan
Aanwijzend voornaamwoord: Dat infrastructuurplan
Bezittelijk voornaamwoord: Ons infrastructuurplan
Wat rijmt er op infrastructuurplan
Buigings-e:
Mooi of mooie infrastructuurplan
Groot of grote infrastructuurplan
Half of halve infrastructuurplan
Grappig of grappige infrastructuurplan
Leeg of lege infrastructuurplan
leuk of leuke infrastructuurplan
Vet of vette infrastructuurplan
Snel of snelle infrastructuurplan
Wit of witte infrastructuurplan
Klein of kleine infrastructuurplan
Rood of rode infrastructuurplan
Dik of dikke infrastructuurplan
Oud of oude infrastructuurplan
Goed of goede infrastructuurplan
Wat rijmt er op infrastructuurplan
Elk of elke: Elk infrastructuurplan
Aanwijzend voornaamwoord: Dat infrastructuurplan
Bezittelijk voornaamwoord: Ons infrastructuurplan
Wat rijmt er op infrastructuurplan
Oefening van de dag



