De of het inviteren?
Het inviteren
Is het de of het inviteren
In de Nederlandse taal gebruiken wij het inviteren.
Elke dag een e-mail ontvangen met de oefening?
English: invite
Deutsch: laden ein | Bekijk of het der of die laden ein is.
Français: inviter | Bekijk of het Le o La inviter is.
Jou of jouw: jouw inviteren
Buigings-e:
Mooi of mooie inviteren
Groot of grote inviteren
Half of halve inviteren
Grappig of grappige inviteren
Leeg of lege inviteren
leuk of leuke inviteren
Vet of vette inviteren
Snel of snelle inviteren
Wit of witte inviteren
Klein of kleine inviteren
Rood of rode inviteren
Dik of dikke inviteren
Oud of oude inviteren
Goed of goede inviteren
Wat rijmt er op inviteren
Elk of elke: Elk inviteren
Aanwijzend voornaamwoord: Dat inviteren
Bezittelijk voornaamwoord: Ons inviteren
Wat rijmt er op inviteren
Buigings-e:
Mooi of mooie inviteren
Groot of grote inviteren
Half of halve inviteren
Grappig of grappige inviteren
Leeg of lege inviteren
leuk of leuke inviteren
Vet of vette inviteren
Snel of snelle inviteren
Wit of witte inviteren
Klein of kleine inviteren
Rood of rode inviteren
Dik of dikke inviteren
Oud of oude inviteren
Goed of goede inviteren
Wat rijmt er op inviteren
Elk of elke: Elk inviteren
Aanwijzend voornaamwoord: Dat inviteren
Bezittelijk voornaamwoord: Ons inviteren
Wat rijmt er op inviteren
Oefening van de dag



