De of het jongensboek?
Het jongensboek
Is het de of het jongensboek
In de Nederlandse taal gebruiken wij het jongensboek.
Elke dag een e-mail ontvangen met de oefening?
English: boys
Deutsch: Jungs | Bekijk of het der of die Jungs is.
Français: des garçons | Bekijk of het Le o La des garçons is.
Jou of jouw: jouw jongensboek
Buigings-e:
Mooi of mooie jongensboek
Groot of grote jongensboek
Half of halve jongensboek
Grappig of grappige jongensboek
Leeg of lege jongensboek
leuk of leuke jongensboek
Vet of vette jongensboek
Snel of snelle jongensboek
Wit of witte jongensboek
Klein of kleine jongensboek
Rood of rode jongensboek
Dik of dikke jongensboek
Oud of oude jongensboek
Goed of goede jongensboek
Wat rijmt er op jongensboek
Elk of elke: Elk jongensboek
Aanwijzend voornaamwoord: Dat jongensboek
Bezittelijk voornaamwoord: Ons jongensboek
Wat rijmt er op jongensboek
Buigings-e:
Mooi of mooie jongensboek
Groot of grote jongensboek
Half of halve jongensboek
Grappig of grappige jongensboek
Leeg of lege jongensboek
leuk of leuke jongensboek
Vet of vette jongensboek
Snel of snelle jongensboek
Wit of witte jongensboek
Klein of kleine jongensboek
Rood of rode jongensboek
Dik of dikke jongensboek
Oud of oude jongensboek
Goed of goede jongensboek
Wat rijmt er op jongensboek
Elk of elke: Elk jongensboek
Aanwijzend voornaamwoord: Dat jongensboek
Bezittelijk voornaamwoord: Ons jongensboek
Wat rijmt er op jongensboek
Oefening van de dag