De of het landenklassement?
Het landenklassement
Is het de of het landenklassement
In de Nederlandse taal gebruiken wij het landenklassement.
Elke dag een e-mail ontvangen met de oefening?
English: country rankings
Deutsch: Länderranglisten | Bekijk of het der of die Länderranglisten is.
Français: le classement des pays | Bekijk of het Le o La le classement des pays is.
Jou of jouw: jouw landenklassement
Buigings-e:
Mooi of mooie landenklassement
Groot of grote landenklassement
Half of halve landenklassement
Grappig of grappige landenklassement
Leeg of lege landenklassement
leuk of leuke landenklassement
Vet of vette landenklassement
Snel of snelle landenklassement
Wit of witte landenklassement
Klein of kleine landenklassement
Rood of rode landenklassement
Dik of dikke landenklassement
Oud of oude landenklassement
Goed of goede landenklassement
Wat rijmt er op landenklassement
Elk of elke: Elk landenklassement
Aanwijzend voornaamwoord: Dat landenklassement
Bezittelijk voornaamwoord: Ons landenklassement
Wat rijmt er op landenklassement
Buigings-e:
Mooi of mooie landenklassement
Groot of grote landenklassement
Half of halve landenklassement
Grappig of grappige landenklassement
Leeg of lege landenklassement
leuk of leuke landenklassement
Vet of vette landenklassement
Snel of snelle landenklassement
Wit of witte landenklassement
Klein of kleine landenklassement
Rood of rode landenklassement
Dik of dikke landenklassement
Oud of oude landenklassement
Goed of goede landenklassement
Wat rijmt er op landenklassement
Elk of elke: Elk landenklassement
Aanwijzend voornaamwoord: Dat landenklassement
Bezittelijk voornaamwoord: Ons landenklassement
Wat rijmt er op landenklassement
Oefening van de dag



