De of het levensweek?
De levensweek
Is het de of het levensweek
In de Nederlandse taal gebruiken wij de levensweek.
Elke dag een e-mail ontvangen met de oefening?
English: week of life
Deutsch: Lebenswoche | Bekijk of het der of die Lebenswoche is.
Français: semaine de vie | Bekijk of het Le o La semaine de vie is.
Jou of jouw: jouw levensweek
Buigings-e:
Mooi of mooie levensweek
Groot of grote levensweek
Half of halve levensweek
Grappig of grappige levensweek
Leeg of lege levensweek
leuk of leuke levensweek
Vet of vette levensweek
Snel of snelle levensweek
Wit of witte levensweek
Klein of kleine levensweek
Rood of rode levensweek
Dik of dikke levensweek
Oud of oude levensweek
Goed of goede levensweek
Wat rijmt er op levensweek
Elk of elke: Elke levensweek
Aanwijzend voornaamwoord: Die levensweek
Bezittelijk voornaamwoord: Onze levensweek
Wat rijmt er op levensweek
Buigings-e:
Mooi of mooie levensweek
Groot of grote levensweek
Half of halve levensweek
Grappig of grappige levensweek
Leeg of lege levensweek
leuk of leuke levensweek
Vet of vette levensweek
Snel of snelle levensweek
Wit of witte levensweek
Klein of kleine levensweek
Rood of rode levensweek
Dik of dikke levensweek
Oud of oude levensweek
Goed of goede levensweek
Wat rijmt er op levensweek
Elk of elke: Elke levensweek
Aanwijzend voornaamwoord: Die levensweek
Bezittelijk voornaamwoord: Onze levensweek
Wat rijmt er op levensweek
Oefening van de dag