De of het onmeetbaarheid?
De onmeetbaarheid
Is het de of het onmeetbaarheid
In de Nederlandse taal gebruiken wij de onmeetbaarheid.
Elke dag een e-mail ontvangen met de oefening?
English: immeasurability
Deutsch: Unabsehbarkeit | Bekijk of het der of die Unabsehbarkeit is.
Français: incommensurabilité | Bekijk of het Le o La incommensurabilité is.
Jou of jouw: jouw onmeetbaarheid
Buigings-e:
Mooi of mooie onmeetbaarheid
Groot of grote onmeetbaarheid
Half of halve onmeetbaarheid
Grappig of grappige onmeetbaarheid
Leeg of lege onmeetbaarheid
leuk of leuke onmeetbaarheid
Vet of vette onmeetbaarheid
Snel of snelle onmeetbaarheid
Wit of witte onmeetbaarheid
Klein of kleine onmeetbaarheid
Rood of rode onmeetbaarheid
Dik of dikke onmeetbaarheid
Oud of oude onmeetbaarheid
Goed of goede onmeetbaarheid
Wat rijmt er op onmeetbaarheid
Elk of elke: Elke onmeetbaarheid
Aanwijzend voornaamwoord: Die onmeetbaarheid
Bezittelijk voornaamwoord: Onze onmeetbaarheid
Wat rijmt er op onmeetbaarheid
Buigings-e:
Mooi of mooie onmeetbaarheid
Groot of grote onmeetbaarheid
Half of halve onmeetbaarheid
Grappig of grappige onmeetbaarheid
Leeg of lege onmeetbaarheid
leuk of leuke onmeetbaarheid
Vet of vette onmeetbaarheid
Snel of snelle onmeetbaarheid
Wit of witte onmeetbaarheid
Klein of kleine onmeetbaarheid
Rood of rode onmeetbaarheid
Dik of dikke onmeetbaarheid
Oud of oude onmeetbaarheid
Goed of goede onmeetbaarheid
Wat rijmt er op onmeetbaarheid
Elk of elke: Elke onmeetbaarheid
Aanwijzend voornaamwoord: Die onmeetbaarheid
Bezittelijk voornaamwoord: Onze onmeetbaarheid
Wat rijmt er op onmeetbaarheid
Oefening van de dag