De of het organisatiedoelstelling?
De organisatiedoelstelling
Is het de of het organisatiedoelstelling
In de Nederlandse taal gebruiken wij de organisatiedoelstelling.
Elke dag een e-mail ontvangen met de oefening?
English: organizational goals
Jou of jouw: jouw organisatiedoelstelling
Buigings-e:
Mooi of mooie organisatiedoelstelling
Groot of grote organisatiedoelstelling
Half of halve organisatiedoelstelling
Grappig of grappige organisatiedoelstelling
Leeg of lege organisatiedoelstelling
leuk of leuke organisatiedoelstelling
Vet of vette organisatiedoelstelling
Snel of snelle organisatiedoelstelling
Wit of witte organisatiedoelstelling
Klein of kleine organisatiedoelstelling
Rood of rode organisatiedoelstelling
Dik of dikke organisatiedoelstelling
Oud of oude organisatiedoelstelling
Goed of goede organisatiedoelstelling
Wat rijmt er op organisatiedoelstelling
Elk of elke: Elke organisatiedoelstelling
Aanwijzend voornaamwoord: Die organisatiedoelstelling
Bezittelijk voornaamwoord: Onze organisatiedoelstelling
Wat rijmt er op organisatiedoelstelling
Buigings-e:
Mooi of mooie organisatiedoelstelling
Groot of grote organisatiedoelstelling
Half of halve organisatiedoelstelling
Grappig of grappige organisatiedoelstelling
Leeg of lege organisatiedoelstelling
leuk of leuke organisatiedoelstelling
Vet of vette organisatiedoelstelling
Snel of snelle organisatiedoelstelling
Wit of witte organisatiedoelstelling
Klein of kleine organisatiedoelstelling
Rood of rode organisatiedoelstelling
Dik of dikke organisatiedoelstelling
Oud of oude organisatiedoelstelling
Goed of goede organisatiedoelstelling
Wat rijmt er op organisatiedoelstelling
Elk of elke: Elke organisatiedoelstelling
Aanwijzend voornaamwoord: Die organisatiedoelstelling
Bezittelijk voornaamwoord: Onze organisatiedoelstelling
Wat rijmt er op organisatiedoelstelling
Oefening van de dag