De of het overconsumptie?
De overconsumptie
Is het de of het overconsumptie
In de Nederlandse taal gebruiken wij de overconsumptie.
Elke dag een e-mail ontvangen met de oefening?
English: overconsumption
Deutsch: Überkonsum | Bekijk of het der of die Überkonsum is.
Français: surconsommation | Bekijk of het Le o La surconsommation is.
Jou of jouw: jouw overconsumptie
Buigings-e:
Mooi of mooie overconsumptie
Groot of grote overconsumptie
Half of halve overconsumptie
Grappig of grappige overconsumptie
Leeg of lege overconsumptie
leuk of leuke overconsumptie
Vet of vette overconsumptie
Snel of snelle overconsumptie
Wit of witte overconsumptie
Klein of kleine overconsumptie
Rood of rode overconsumptie
Dik of dikke overconsumptie
Oud of oude overconsumptie
Goed of goede overconsumptie
Wat rijmt er op overconsumptie
Elk of elke: Elke overconsumptie
Aanwijzend voornaamwoord: Die overconsumptie
Bezittelijk voornaamwoord: Onze overconsumptie
Wat rijmt er op overconsumptie
Buigings-e:
Mooi of mooie overconsumptie
Groot of grote overconsumptie
Half of halve overconsumptie
Grappig of grappige overconsumptie
Leeg of lege overconsumptie
leuk of leuke overconsumptie
Vet of vette overconsumptie
Snel of snelle overconsumptie
Wit of witte overconsumptie
Klein of kleine overconsumptie
Rood of rode overconsumptie
Dik of dikke overconsumptie
Oud of oude overconsumptie
Goed of goede overconsumptie
Wat rijmt er op overconsumptie
Elk of elke: Elke overconsumptie
Aanwijzend voornaamwoord: Die overconsumptie
Bezittelijk voornaamwoord: Onze overconsumptie
Wat rijmt er op overconsumptie
Oefening van de dag