De of het overleveren?
Het overleveren
Is het de of het overleveren
In de Nederlandse taal gebruiken wij het overleveren.
Elke dag een e-mail ontvangen met de oefening?
English: surrender
Deutsch: ergeben sich | Bekijk of het der of die ergeben sich is.
Français: capitulation | Bekijk of het Le o La capitulation is.
Jou of jouw: jouw overleveren
Buigings-e:
Mooi of mooie overleveren
Groot of grote overleveren
Half of halve overleveren
Grappig of grappige overleveren
Leeg of lege overleveren
leuk of leuke overleveren
Vet of vette overleveren
Snel of snelle overleveren
Wit of witte overleveren
Klein of kleine overleveren
Rood of rode overleveren
Dik of dikke overleveren
Oud of oude overleveren
Goed of goede overleveren
Wat rijmt er op overleveren
Elk of elke: Elk overleveren
Aanwijzend voornaamwoord: Dat overleveren
Bezittelijk voornaamwoord: Ons overleveren
Wat rijmt er op overleveren
Buigings-e:
Mooi of mooie overleveren
Groot of grote overleveren
Half of halve overleveren
Grappig of grappige overleveren
Leeg of lege overleveren
leuk of leuke overleveren
Vet of vette overleveren
Snel of snelle overleveren
Wit of witte overleveren
Klein of kleine overleveren
Rood of rode overleveren
Dik of dikke overleveren
Oud of oude overleveren
Goed of goede overleveren
Wat rijmt er op overleveren
Elk of elke: Elk overleveren
Aanwijzend voornaamwoord: Dat overleveren
Bezittelijk voornaamwoord: Ons overleveren
Wat rijmt er op overleveren
Oefening van de dag