De of het risico-categorie?
De risico-categorie
Is het de of het risico-categorie
In de Nederlandse taal gebruiken wij de risico-categorie.
Thanks!
Fout!
Elke dag een e-mail ontvangen met de oefening?
English: risk category
Jou of jouw: jouw risico-categorie
Buigings-e:
Mooi of mooie risico-categorie
Groot of grote risico-categorie
Half of halve risico-categorie
Grappig of grappige risico-categorie
Leeg of lege risico-categorie
leuk of leuke risico-categorie
Vet of vette risico-categorie
Snel of snelle risico-categorie
Wit of witte risico-categorie
Klein of kleine risico-categorie
Rood of rode risico-categorie
Dik of dikke risico-categorie
Oud of oude risico-categorie
Goed of goede risico-categorie
Wat rijmt er op risico-categorie
Elk of elke: Elke risico-categorie
Aanwijzend voornaamwoord: Die risico-categorie
Bezittelijk voornaamwoord: Onze risico-categorie
Wat rijmt er op risico-categorie
Buigings-e:
Mooi of mooie risico-categorie
Groot of grote risico-categorie
Half of halve risico-categorie
Grappig of grappige risico-categorie
Leeg of lege risico-categorie
leuk of leuke risico-categorie
Vet of vette risico-categorie
Snel of snelle risico-categorie
Wit of witte risico-categorie
Klein of kleine risico-categorie
Rood of rode risico-categorie
Dik of dikke risico-categorie
Oud of oude risico-categorie
Goed of goede risico-categorie
Wat rijmt er op risico-categorie
Elk of elke: Elke risico-categorie
Aanwijzend voornaamwoord: Die risico-categorie
Bezittelijk voornaamwoord: Onze risico-categorie
Wat rijmt er op risico-categorie
Oefening van de dag
