De of het rugsteun?
De rugsteun
Is het de of het rugsteun
In de Nederlandse taal gebruiken wij de rugsteun.
Elke dag een e-mail ontvangen met de oefening?
English: backrest
Deutsch: Rückenlehne | Bekijk of het der of die Rückenlehne is.
Français: dossier | Bekijk of het Le o La dossier is.
Jou of jouw: jouw rugsteun
Buigings-e:
Mooi of mooie rugsteun
Groot of grote rugsteun
Half of halve rugsteun
Grappig of grappige rugsteun
Leeg of lege rugsteun
leuk of leuke rugsteun
Vet of vette rugsteun
Snel of snelle rugsteun
Wit of witte rugsteun
Klein of kleine rugsteun
Rood of rode rugsteun
Dik of dikke rugsteun
Oud of oude rugsteun
Goed of goede rugsteun
Wat rijmt er op rugsteun
Elk of elke: Elke rugsteun
Aanwijzend voornaamwoord: Die rugsteun
Bezittelijk voornaamwoord: Onze rugsteun
Wat rijmt er op rugsteun
Buigings-e:
Mooi of mooie rugsteun
Groot of grote rugsteun
Half of halve rugsteun
Grappig of grappige rugsteun
Leeg of lege rugsteun
leuk of leuke rugsteun
Vet of vette rugsteun
Snel of snelle rugsteun
Wit of witte rugsteun
Klein of kleine rugsteun
Rood of rode rugsteun
Dik of dikke rugsteun
Oud of oude rugsteun
Goed of goede rugsteun
Wat rijmt er op rugsteun
Elk of elke: Elke rugsteun
Aanwijzend voornaamwoord: Die rugsteun
Bezittelijk voornaamwoord: Onze rugsteun
Wat rijmt er op rugsteun
Oefening van de dag