De of het spoortje?
Het spoortje
Is het de of het spoortje
In de Nederlandse taal gebruiken wij het spoortje.
Elke dag een e-mail ontvangen met de oefening?
English: trace
Deutsch: Spur | Bekijk of het der of die Spur is.
Français: trace | Bekijk of het Le o La trace is.
Jou of jouw: jouw spoortje
Buigings-e:
Mooi of mooie spoortje
Groot of grote spoortje
Half of halve spoortje
Grappig of grappige spoortje
Leeg of lege spoortje
leuk of leuke spoortje
Vet of vette spoortje
Snel of snelle spoortje
Wit of witte spoortje
Klein of kleine spoortje
Rood of rode spoortje
Dik of dikke spoortje
Oud of oude spoortje
Goed of goede spoortje
Wat rijmt er op spoortje
Elk of elke: Elk spoortje
Aanwijzend voornaamwoord: Dat spoortje
Bezittelijk voornaamwoord: Ons spoortje
Wat rijmt er op spoortje
toegangspoortje - paspoortje - beveiligingspoortje -
Buigings-e:
Mooi of mooie spoortje
Groot of grote spoortje
Half of halve spoortje
Grappig of grappige spoortje
Leeg of lege spoortje
leuk of leuke spoortje
Vet of vette spoortje
Snel of snelle spoortje
Wit of witte spoortje
Klein of kleine spoortje
Rood of rode spoortje
Dik of dikke spoortje
Oud of oude spoortje
Goed of goede spoortje
Wat rijmt er op spoortje
Elk of elke: Elk spoortje
Aanwijzend voornaamwoord: Dat spoortje
Bezittelijk voornaamwoord: Ons spoortje
Wat rijmt er op spoortje
toegangspoortje - paspoortje - beveiligingspoortje -
Oefening van de dag