De of het standenlijst?
De standenlijst
Is het de of het standenlijst
In de Nederlandse taal gebruiken wij de standenlijst.
Elke dag een e-mail ontvangen met de oefening?
English: state list
Jou of jouw: jouw standenlijst
Buigings-e:
Mooi of mooie standenlijst
Groot of grote standenlijst
Half of halve standenlijst
Grappig of grappige standenlijst
Leeg of lege standenlijst
leuk of leuke standenlijst
Vet of vette standenlijst
Snel of snelle standenlijst
Wit of witte standenlijst
Klein of kleine standenlijst
Rood of rode standenlijst
Dik of dikke standenlijst
Oud of oude standenlijst
Goed of goede standenlijst
Wat rijmt er op standenlijst
Elk of elke: Elke standenlijst
Aanwijzend voornaamwoord: Die standenlijst
Bezittelijk voornaamwoord: Onze standenlijst
Wat rijmt er op standenlijst
bestandenlijst -
Buigings-e:
Mooi of mooie standenlijst
Groot of grote standenlijst
Half of halve standenlijst
Grappig of grappige standenlijst
Leeg of lege standenlijst
leuk of leuke standenlijst
Vet of vette standenlijst
Snel of snelle standenlijst
Wit of witte standenlijst
Klein of kleine standenlijst
Rood of rode standenlijst
Dik of dikke standenlijst
Oud of oude standenlijst
Goed of goede standenlijst
Wat rijmt er op standenlijst
Elk of elke: Elke standenlijst
Aanwijzend voornaamwoord: Die standenlijst
Bezittelijk voornaamwoord: Onze standenlijst
Wat rijmt er op standenlijst
bestandenlijst -
Oefening van de dag