De of het tijdafwisseling?
De tijdafwisseling
Is het de of het tijdafwisseling
In de Nederlandse taal gebruiken wij de tijdafwisseling.
Elke dag een e-mail ontvangen met de oefening?
English: alternation of time
Jou of jouw: jouw tijdafwisseling
Buigings-e:
Mooi of mooie tijdafwisseling
Groot of grote tijdafwisseling
Half of halve tijdafwisseling
Grappig of grappige tijdafwisseling
Leeg of lege tijdafwisseling
leuk of leuke tijdafwisseling
Vet of vette tijdafwisseling
Snel of snelle tijdafwisseling
Wit of witte tijdafwisseling
Klein of kleine tijdafwisseling
Rood of rode tijdafwisseling
Dik of dikke tijdafwisseling
Oud of oude tijdafwisseling
Goed of goede tijdafwisseling
Wat rijmt er op tijdafwisseling
Elk of elke: Elke tijdafwisseling
Aanwijzend voornaamwoord: Die tijdafwisseling
Bezittelijk voornaamwoord: Onze tijdafwisseling
Wat rijmt er op tijdafwisseling
Buigings-e:
Mooi of mooie tijdafwisseling
Groot of grote tijdafwisseling
Half of halve tijdafwisseling
Grappig of grappige tijdafwisseling
Leeg of lege tijdafwisseling
leuk of leuke tijdafwisseling
Vet of vette tijdafwisseling
Snel of snelle tijdafwisseling
Wit of witte tijdafwisseling
Klein of kleine tijdafwisseling
Rood of rode tijdafwisseling
Dik of dikke tijdafwisseling
Oud of oude tijdafwisseling
Goed of goede tijdafwisseling
Wat rijmt er op tijdafwisseling
Elk of elke: Elke tijdafwisseling
Aanwijzend voornaamwoord: Die tijdafwisseling
Bezittelijk voornaamwoord: Onze tijdafwisseling
Wat rijmt er op tijdafwisseling
Oefening van de dag