De of het warmdraaien?
Het warmdraaien
Is het de of het warmdraaien
In de Nederlandse taal gebruiken wij het warmdraaien.
Elke dag een e-mail ontvangen met de oefening?
English: warm up
Deutsch: aufwärmen | Bekijk of het der of die aufwärmen is.
Français: réchauffer | Bekijk of het Le o La réchauffer is.
Jou of jouw: jouw warmdraaien
Buigings-e:
Mooi of mooie warmdraaien
Groot of grote warmdraaien
Half of halve warmdraaien
Grappig of grappige warmdraaien
Leeg of lege warmdraaien
leuk of leuke warmdraaien
Vet of vette warmdraaien
Snel of snelle warmdraaien
Wit of witte warmdraaien
Klein of kleine warmdraaien
Rood of rode warmdraaien
Dik of dikke warmdraaien
Oud of oude warmdraaien
Goed of goede warmdraaien
Wat rijmt er op warmdraaien
Elk of elke: Elk warmdraaien
Aanwijzend voornaamwoord: Dat warmdraaien
Bezittelijk voornaamwoord: Ons warmdraaien
Wat rijmt er op warmdraaien
Buigings-e:
Mooi of mooie warmdraaien
Groot of grote warmdraaien
Half of halve warmdraaien
Grappig of grappige warmdraaien
Leeg of lege warmdraaien
leuk of leuke warmdraaien
Vet of vette warmdraaien
Snel of snelle warmdraaien
Wit of witte warmdraaien
Klein of kleine warmdraaien
Rood of rode warmdraaien
Dik of dikke warmdraaien
Oud of oude warmdraaien
Goed of goede warmdraaien
Wat rijmt er op warmdraaien
Elk of elke: Elk warmdraaien
Aanwijzend voornaamwoord: Dat warmdraaien
Bezittelijk voornaamwoord: Ons warmdraaien
Wat rijmt er op warmdraaien
Oefening van de dag



