De of het wijzigen?
Het wijzigen
Is het de of het wijzigen
In de Nederlandse taal gebruiken wij het wijzigen.
Elke dag een e-mail ontvangen met de oefening?
English: modify
Deutsch: ändern | Bekijk of het der of die ändern is.
Français: modifier | Bekijk of het Le o La modifier is.
Jou of jouw: jouw wijzigen
Buigings-e:
Mooi of mooie wijzigen
Groot of grote wijzigen
Half of halve wijzigen
Grappig of grappige wijzigen
Leeg of lege wijzigen
leuk of leuke wijzigen
Vet of vette wijzigen
Snel of snelle wijzigen
Wit of witte wijzigen
Klein of kleine wijzigen
Rood of rode wijzigen
Dik of dikke wijzigen
Oud of oude wijzigen
Goed of goede wijzigen
Wat rijmt er op wijzigen
Elk of elke: Elk wijzigen
Aanwijzend voornaamwoord: Dat wijzigen
Bezittelijk voornaamwoord: Ons wijzigen
Wat rijmt er op wijzigen
Buigings-e:
Mooi of mooie wijzigen
Groot of grote wijzigen
Half of halve wijzigen
Grappig of grappige wijzigen
Leeg of lege wijzigen
leuk of leuke wijzigen
Vet of vette wijzigen
Snel of snelle wijzigen
Wit of witte wijzigen
Klein of kleine wijzigen
Rood of rode wijzigen
Dik of dikke wijzigen
Oud of oude wijzigen
Goed of goede wijzigen
Wat rijmt er op wijzigen
Elk of elke: Elk wijzigen
Aanwijzend voornaamwoord: Dat wijzigen
Bezittelijk voornaamwoord: Ons wijzigen
Wat rijmt er op wijzigen
Oefening van de dag