De of het eindconsument?
Het eindconsument
Is het de of het eindconsument
In de Nederlandse taal gebruiken wij het eindconsument.
Thanks!
Fout!
Elke dag een e-mail ontvangen met de oefening?
English: end consumer
Deutsch: endverbraucher | Bekijk of het der of die endverbraucher is.
Français: consommateur final | Bekijk of het Le o La consommateur final is.
Jou of jouw: jouw eindconsument
Buigings-e:
Mooi of mooie eindconsument
Groot of grote eindconsument
Half of halve eindconsument
Grappig of grappige eindconsument
Leeg of lege eindconsument
leuk of leuke eindconsument
Vet of vette eindconsument
Snel of snelle eindconsument
Wit of witte eindconsument
Klein of kleine eindconsument
Rood of rode eindconsument
Dik of dikke eindconsument
Oud of oude eindconsument
Goed of goede eindconsument
Wat rijmt er op eindconsument
Elk of elke: Elk eindconsument
Aanwijzend voornaamwoord: Dat eindconsument
Bezittelijk voornaamwoord: Ons eindconsument
Wat rijmt er op eindconsument
Buigings-e:
Mooi of mooie eindconsument
Groot of grote eindconsument
Half of halve eindconsument
Grappig of grappige eindconsument
Leeg of lege eindconsument
leuk of leuke eindconsument
Vet of vette eindconsument
Snel of snelle eindconsument
Wit of witte eindconsument
Klein of kleine eindconsument
Rood of rode eindconsument
Dik of dikke eindconsument
Oud of oude eindconsument
Goed of goede eindconsument
Wat rijmt er op eindconsument
Elk of elke: Elk eindconsument
Aanwijzend voornaamwoord: Dat eindconsument
Bezittelijk voornaamwoord: Ons eindconsument
Wat rijmt er op eindconsument
Oefening van de dag
