De of het instoring?
De instoring
Is het de of het instoring
In de Nederlandse taal gebruiken wij de instoring.
Thanks!
Fout!
Elke dag een e-mail ontvangen met de oefening?
English: interference
Jou of jouw: jouw instoring
Buigings-e:
Mooi of mooie instoring
Groot of grote instoring
Half of halve instoring
Grappig of grappige instoring
Leeg of lege instoring
leuk of leuke instoring
Vet of vette instoring
Snel of snelle instoring
Wit of witte instoring
Klein of kleine instoring
Rood of rode instoring
Dik of dikke instoring
Oud of oude instoring
Goed of goede instoring
Wat rijmt er op instoring
Elk of elke: Elke instoring
Aanwijzend voornaamwoord: Die instoring
Bezittelijk voornaamwoord: Onze instoring
Wat rijmt er op instoring
treinstoring - seinstoring -
Buigings-e:
Mooi of mooie instoring
Groot of grote instoring
Half of halve instoring
Grappig of grappige instoring
Leeg of lege instoring
leuk of leuke instoring
Vet of vette instoring
Snel of snelle instoring
Wit of witte instoring
Klein of kleine instoring
Rood of rode instoring
Dik of dikke instoring
Oud of oude instoring
Goed of goede instoring
Wat rijmt er op instoring
Elk of elke: Elke instoring
Aanwijzend voornaamwoord: Die instoring
Bezittelijk voornaamwoord: Onze instoring
Wat rijmt er op instoring
treinstoring - seinstoring -
Oefening van de dag
