De of het internationaliteit?
De internationaliteit
Is het de of het internationaliteit
In de Nederlandse taal gebruiken wij de internationaliteit.
Thanks!
Fout!
Elke dag een e-mail ontvangen met de oefening?
English: internationality
Jou of jouw: jouw internationaliteit
Buigings-e:
Mooi of mooie internationaliteit
Groot of grote internationaliteit
Half of halve internationaliteit
Grappig of grappige internationaliteit
Leeg of lege internationaliteit
leuk of leuke internationaliteit
Vet of vette internationaliteit
Snel of snelle internationaliteit
Wit of witte internationaliteit
Klein of kleine internationaliteit
Rood of rode internationaliteit
Dik of dikke internationaliteit
Oud of oude internationaliteit
Goed of goede internationaliteit
Wat rijmt er op internationaliteit
Elk of elke: Elke internationaliteit
Aanwijzend voornaamwoord: Die internationaliteit
Bezittelijk voornaamwoord: Onze internationaliteit
Wat rijmt er op internationaliteit
Buigings-e:
Mooi of mooie internationaliteit
Groot of grote internationaliteit
Half of halve internationaliteit
Grappig of grappige internationaliteit
Leeg of lege internationaliteit
leuk of leuke internationaliteit
Vet of vette internationaliteit
Snel of snelle internationaliteit
Wit of witte internationaliteit
Klein of kleine internationaliteit
Rood of rode internationaliteit
Dik of dikke internationaliteit
Oud of oude internationaliteit
Goed of goede internationaliteit
Wat rijmt er op internationaliteit
Elk of elke: Elke internationaliteit
Aanwijzend voornaamwoord: Die internationaliteit
Bezittelijk voornaamwoord: Onze internationaliteit
Wat rijmt er op internationaliteit
Oefening van de dag
