De of het lichaamsbedekking?
De lichaamsbedekking
Is het de of het lichaamsbedekking
In de Nederlandse taal gebruiken wij de lichaamsbedekking.
Elke dag een e-mail ontvangen met de oefening?
English: body cover
Deutsch: Gehäusedeckel | Bekijk of het der of die Gehäusedeckel is.
Français: couvercle du corps | Bekijk of het Le o La couvercle du corps is.
Jou of jouw: jouw lichaamsbedekking
Buigings-e:
Mooi of mooie lichaamsbedekking
Groot of grote lichaamsbedekking
Half of halve lichaamsbedekking
Grappig of grappige lichaamsbedekking
Leeg of lege lichaamsbedekking
leuk of leuke lichaamsbedekking
Vet of vette lichaamsbedekking
Snel of snelle lichaamsbedekking
Wit of witte lichaamsbedekking
Klein of kleine lichaamsbedekking
Rood of rode lichaamsbedekking
Dik of dikke lichaamsbedekking
Oud of oude lichaamsbedekking
Goed of goede lichaamsbedekking
Wat rijmt er op lichaamsbedekking
Elk of elke: Elke lichaamsbedekking
Aanwijzend voornaamwoord: Die lichaamsbedekking
Bezittelijk voornaamwoord: Onze lichaamsbedekking
Wat rijmt er op lichaamsbedekking
Buigings-e:
Mooi of mooie lichaamsbedekking
Groot of grote lichaamsbedekking
Half of halve lichaamsbedekking
Grappig of grappige lichaamsbedekking
Leeg of lege lichaamsbedekking
leuk of leuke lichaamsbedekking
Vet of vette lichaamsbedekking
Snel of snelle lichaamsbedekking
Wit of witte lichaamsbedekking
Klein of kleine lichaamsbedekking
Rood of rode lichaamsbedekking
Dik of dikke lichaamsbedekking
Oud of oude lichaamsbedekking
Goed of goede lichaamsbedekking
Wat rijmt er op lichaamsbedekking
Elk of elke: Elke lichaamsbedekking
Aanwijzend voornaamwoord: Die lichaamsbedekking
Bezittelijk voornaamwoord: Onze lichaamsbedekking
Wat rijmt er op lichaamsbedekking
Oefening van de dag