De of het netwerkevenement?
Het netwerkevenement
Is het de of het netwerkevenement
In de Nederlandse taal gebruiken wij het netwerkevenement.
Elke dag een e-mail ontvangen met de oefening?
English: networking event
Deutsch: Networking-Event | Bekijk of het der of die Networking-Event is.
Français: événement de réseautage | Bekijk of het Le o La événement de réseautage is.
Jou of jouw: jouw netwerkevenement
Buigings-e:
Mooi of mooie netwerkevenement
Groot of grote netwerkevenement
Half of halve netwerkevenement
Grappig of grappige netwerkevenement
Leeg of lege netwerkevenement
leuk of leuke netwerkevenement
Vet of vette netwerkevenement
Snel of snelle netwerkevenement
Wit of witte netwerkevenement
Klein of kleine netwerkevenement
Rood of rode netwerkevenement
Dik of dikke netwerkevenement
Oud of oude netwerkevenement
Goed of goede netwerkevenement
Wat rijmt er op netwerkevenement
Elk of elke: Elk netwerkevenement
Aanwijzend voornaamwoord: Dat netwerkevenement
Bezittelijk voornaamwoord: Ons netwerkevenement
Wat rijmt er op netwerkevenement
Buigings-e:
Mooi of mooie netwerkevenement
Groot of grote netwerkevenement
Half of halve netwerkevenement
Grappig of grappige netwerkevenement
Leeg of lege netwerkevenement
leuk of leuke netwerkevenement
Vet of vette netwerkevenement
Snel of snelle netwerkevenement
Wit of witte netwerkevenement
Klein of kleine netwerkevenement
Rood of rode netwerkevenement
Dik of dikke netwerkevenement
Oud of oude netwerkevenement
Goed of goede netwerkevenement
Wat rijmt er op netwerkevenement
Elk of elke: Elk netwerkevenement
Aanwijzend voornaamwoord: Dat netwerkevenement
Bezittelijk voornaamwoord: Ons netwerkevenement
Wat rijmt er op netwerkevenement
Oefening van de dag