De of het ontsmettingsmiddel?
Het ontsmettingsmiddel
Is het de of het ontsmettingsmiddel
In de Nederlandse taal gebruiken wij het ontsmettingsmiddel.
Elke dag een e-mail ontvangen met de oefening?
English: disinfectant
Deutsch: Desinfektionsmittel | Bekijk of het der of die Desinfektionsmittel is.
Français: désinfectant | Bekijk of het Le o La désinfectant is.
Jou of jouw: jouw ontsmettingsmiddel
Buigings-e:
Mooi of mooie ontsmettingsmiddel
Groot of grote ontsmettingsmiddel
Half of halve ontsmettingsmiddel
Grappig of grappige ontsmettingsmiddel
Leeg of lege ontsmettingsmiddel
leuk of leuke ontsmettingsmiddel
Vet of vette ontsmettingsmiddel
Snel of snelle ontsmettingsmiddel
Wit of witte ontsmettingsmiddel
Klein of kleine ontsmettingsmiddel
Rood of rode ontsmettingsmiddel
Dik of dikke ontsmettingsmiddel
Oud of oude ontsmettingsmiddel
Goed of goede ontsmettingsmiddel
Wat rijmt er op ontsmettingsmiddel
Elk of elke: Elk ontsmettingsmiddel
Aanwijzend voornaamwoord: Dat ontsmettingsmiddel
Bezittelijk voornaamwoord: Ons ontsmettingsmiddel
Wat rijmt er op ontsmettingsmiddel
Buigings-e:
Mooi of mooie ontsmettingsmiddel
Groot of grote ontsmettingsmiddel
Half of halve ontsmettingsmiddel
Grappig of grappige ontsmettingsmiddel
Leeg of lege ontsmettingsmiddel
leuk of leuke ontsmettingsmiddel
Vet of vette ontsmettingsmiddel
Snel of snelle ontsmettingsmiddel
Wit of witte ontsmettingsmiddel
Klein of kleine ontsmettingsmiddel
Rood of rode ontsmettingsmiddel
Dik of dikke ontsmettingsmiddel
Oud of oude ontsmettingsmiddel
Goed of goede ontsmettingsmiddel
Wat rijmt er op ontsmettingsmiddel
Elk of elke: Elk ontsmettingsmiddel
Aanwijzend voornaamwoord: Dat ontsmettingsmiddel
Bezittelijk voornaamwoord: Ons ontsmettingsmiddel
Wat rijmt er op ontsmettingsmiddel
Oefening van de dag