De of het sportweddenschap?
De sportweddenschap
Is het de of het sportweddenschap
In de Nederlandse taal gebruiken wij de sportweddenschap.
Elke dag een e-mail ontvangen met de oefening?
English: sports betting
Jou of jouw: jouw sportweddenschap
Buigings-e:
Mooi of mooie sportweddenschap
Groot of grote sportweddenschap
Half of halve sportweddenschap
Grappig of grappige sportweddenschap
Leeg of lege sportweddenschap
leuk of leuke sportweddenschap
Vet of vette sportweddenschap
Snel of snelle sportweddenschap
Wit of witte sportweddenschap
Klein of kleine sportweddenschap
Rood of rode sportweddenschap
Dik of dikke sportweddenschap
Oud of oude sportweddenschap
Goed of goede sportweddenschap
Wat rijmt er op sportweddenschap
Elk of elke: Elke sportweddenschap
Aanwijzend voornaamwoord: Die sportweddenschap
Bezittelijk voornaamwoord: Onze sportweddenschap
Wat rijmt er op sportweddenschap
Buigings-e:
Mooi of mooie sportweddenschap
Groot of grote sportweddenschap
Half of halve sportweddenschap
Grappig of grappige sportweddenschap
Leeg of lege sportweddenschap
leuk of leuke sportweddenschap
Vet of vette sportweddenschap
Snel of snelle sportweddenschap
Wit of witte sportweddenschap
Klein of kleine sportweddenschap
Rood of rode sportweddenschap
Dik of dikke sportweddenschap
Oud of oude sportweddenschap
Goed of goede sportweddenschap
Wat rijmt er op sportweddenschap
Elk of elke: Elke sportweddenschap
Aanwijzend voornaamwoord: Die sportweddenschap
Bezittelijk voornaamwoord: Onze sportweddenschap
Wat rijmt er op sportweddenschap
Oefening van de dag