De of het terugstorttermijn?
De terugstorttermijn
Is het de of het terugstorttermijn
In de Nederlandse taal gebruiken wij de terugstorttermijn.
Thanks!
Fout!
Elke dag een e-mail ontvangen met de oefening?
English: refund period
Jou of jouw: jouw terugstorttermijn
Buigings-e:
Mooi of mooie terugstorttermijn
Groot of grote terugstorttermijn
Half of halve terugstorttermijn
Grappig of grappige terugstorttermijn
Leeg of lege terugstorttermijn
leuk of leuke terugstorttermijn
Vet of vette terugstorttermijn
Snel of snelle terugstorttermijn
Wit of witte terugstorttermijn
Klein of kleine terugstorttermijn
Rood of rode terugstorttermijn
Dik of dikke terugstorttermijn
Oud of oude terugstorttermijn
Goed of goede terugstorttermijn
Wat rijmt er op terugstorttermijn
Elk of elke: Elke terugstorttermijn
Aanwijzend voornaamwoord: Die terugstorttermijn
Bezittelijk voornaamwoord: Onze terugstorttermijn
Wat rijmt er op terugstorttermijn
Buigings-e:
Mooi of mooie terugstorttermijn
Groot of grote terugstorttermijn
Half of halve terugstorttermijn
Grappig of grappige terugstorttermijn
Leeg of lege terugstorttermijn
leuk of leuke terugstorttermijn
Vet of vette terugstorttermijn
Snel of snelle terugstorttermijn
Wit of witte terugstorttermijn
Klein of kleine terugstorttermijn
Rood of rode terugstorttermijn
Dik of dikke terugstorttermijn
Oud of oude terugstorttermijn
Goed of goede terugstorttermijn
Wat rijmt er op terugstorttermijn
Elk of elke: Elke terugstorttermijn
Aanwijzend voornaamwoord: Die terugstorttermijn
Bezittelijk voornaamwoord: Onze terugstorttermijn
Wat rijmt er op terugstorttermijn
Oefening van de dag
