De of het vergelijktabel?
De vergelijktabel
Is het de of het vergelijktabel
In de Nederlandse taal gebruiken wij de vergelijktabel.
Elke dag een e-mail ontvangen met de oefening?
English: comparison table
Jou of jouw: jouw vergelijktabel
Buigings-e:
Mooi of mooie vergelijktabel
Groot of grote vergelijktabel
Half of halve vergelijktabel
Grappig of grappige vergelijktabel
Leeg of lege vergelijktabel
leuk of leuke vergelijktabel
Vet of vette vergelijktabel
Snel of snelle vergelijktabel
Wit of witte vergelijktabel
Klein of kleine vergelijktabel
Rood of rode vergelijktabel
Dik of dikke vergelijktabel
Oud of oude vergelijktabel
Goed of goede vergelijktabel
Wat rijmt er op vergelijktabel
Elk of elke: Elke vergelijktabel
Aanwijzend voornaamwoord: Die vergelijktabel
Bezittelijk voornaamwoord: Onze vergelijktabel
Wat rijmt er op vergelijktabel
Buigings-e:
Mooi of mooie vergelijktabel
Groot of grote vergelijktabel
Half of halve vergelijktabel
Grappig of grappige vergelijktabel
Leeg of lege vergelijktabel
leuk of leuke vergelijktabel
Vet of vette vergelijktabel
Snel of snelle vergelijktabel
Wit of witte vergelijktabel
Klein of kleine vergelijktabel
Rood of rode vergelijktabel
Dik of dikke vergelijktabel
Oud of oude vergelijktabel
Goed of goede vergelijktabel
Wat rijmt er op vergelijktabel
Elk of elke: Elke vergelijktabel
Aanwijzend voornaamwoord: Die vergelijktabel
Bezittelijk voornaamwoord: Onze vergelijktabel
Wat rijmt er op vergelijktabel
Oefening van de dag



