De of het vloerbedeking?
De vloerbedeking
Is het de of het vloerbedeking
In de Nederlandse taal gebruiken wij de vloerbedeking.
Thanks!
Fout!
Elke dag een e-mail ontvangen met de oefening?
English: floor covering
Deutsch: Bodenbelag | Bekijk of het der of die Bodenbelag is.
Français: revêtement de sol | Bekijk of het Le o La revêtement de sol is.
Jou of jouw: jouw vloerbedeking
Buigings-e:
Mooi of mooie vloerbedeking
Groot of grote vloerbedeking
Half of halve vloerbedeking
Grappig of grappige vloerbedeking
Leeg of lege vloerbedeking
leuk of leuke vloerbedeking
Vet of vette vloerbedeking
Snel of snelle vloerbedeking
Wit of witte vloerbedeking
Klein of kleine vloerbedeking
Rood of rode vloerbedeking
Dik of dikke vloerbedeking
Oud of oude vloerbedeking
Goed of goede vloerbedeking
Wat rijmt er op vloerbedeking
Elk of elke: Elke vloerbedeking
Aanwijzend voornaamwoord: Die vloerbedeking
Bezittelijk voornaamwoord: Onze vloerbedeking
Wat rijmt er op vloerbedeking
Buigings-e:
Mooi of mooie vloerbedeking
Groot of grote vloerbedeking
Half of halve vloerbedeking
Grappig of grappige vloerbedeking
Leeg of lege vloerbedeking
leuk of leuke vloerbedeking
Vet of vette vloerbedeking
Snel of snelle vloerbedeking
Wit of witte vloerbedeking
Klein of kleine vloerbedeking
Rood of rode vloerbedeking
Dik of dikke vloerbedeking
Oud of oude vloerbedeking
Goed of goede vloerbedeking
Wat rijmt er op vloerbedeking
Elk of elke: Elke vloerbedeking
Aanwijzend voornaamwoord: Die vloerbedeking
Bezittelijk voornaamwoord: Onze vloerbedeking
Wat rijmt er op vloerbedeking
Oefening van de dag
