De of het werkhuis?
Het werkhuis
Is het de of het werkhuis
In de Nederlandse taal gebruiken wij het werkhuis.
Elke dag een e-mail ontvangen met de oefening?
English: workhouse
Deutsch: Armenhaus | Bekijk of het der of die Armenhaus is.
Français: maison de correction | Bekijk of het Le o La maison de correction is.
Jou of jouw: jouw werkhuis
Buigings-e:
Mooi of mooie werkhuis
Groot of grote werkhuis
Half of halve werkhuis
Grappig of grappige werkhuis
Leeg of lege werkhuis
leuk of leuke werkhuis
Vet of vette werkhuis
Snel of snelle werkhuis
Wit of witte werkhuis
Klein of kleine werkhuis
Rood of rode werkhuis
Dik of dikke werkhuis
Oud of oude werkhuis
Goed of goede werkhuis
Wat rijmt er op werkhuis
Elk of elke: Elk werkhuis
Aanwijzend voornaamwoord: Dat werkhuis
Bezittelijk voornaamwoord: Ons werkhuis
Wat rijmt er op werkhuis
vakwerkhuis - kantwerkhuis -
Buigings-e:
Mooi of mooie werkhuis
Groot of grote werkhuis
Half of halve werkhuis
Grappig of grappige werkhuis
Leeg of lege werkhuis
leuk of leuke werkhuis
Vet of vette werkhuis
Snel of snelle werkhuis
Wit of witte werkhuis
Klein of kleine werkhuis
Rood of rode werkhuis
Dik of dikke werkhuis
Oud of oude werkhuis
Goed of goede werkhuis
Wat rijmt er op werkhuis
Elk of elke: Elk werkhuis
Aanwijzend voornaamwoord: Dat werkhuis
Bezittelijk voornaamwoord: Ons werkhuis
Wat rijmt er op werkhuis
vakwerkhuis - kantwerkhuis -
Oefening van de dag