De of het werkbespreking?
De werkbespreking
Is het de of het werkbespreking
In de Nederlandse taal gebruiken wij de werkbespreking.
Elke dag een e-mail ontvangen met de oefening?
English: work discussion
Deutsch: Arbeitstreffen | Bekijk of het der of die Arbeitstreffen is.
Français: réunion de travail | Bekijk of het Le o La réunion de travail is.
Jou of jouw: jouw werkbespreking
Buigings-e:
Mooi of mooie werkbespreking
Groot of grote werkbespreking
Half of halve werkbespreking
Grappig of grappige werkbespreking
Leeg of lege werkbespreking
leuk of leuke werkbespreking
Vet of vette werkbespreking
Snel of snelle werkbespreking
Wit of witte werkbespreking
Klein of kleine werkbespreking
Rood of rode werkbespreking
Dik of dikke werkbespreking
Oud of oude werkbespreking
Goed of goede werkbespreking
Wat rijmt er op werkbespreking
Elk of elke: Elke werkbespreking
Aanwijzend voornaamwoord: Die werkbespreking
Bezittelijk voornaamwoord: Onze werkbespreking
Wat rijmt er op werkbespreking
huiswerkbespreking - startwerkbespreking -
Buigings-e:
Mooi of mooie werkbespreking
Groot of grote werkbespreking
Half of halve werkbespreking
Grappig of grappige werkbespreking
Leeg of lege werkbespreking
leuk of leuke werkbespreking
Vet of vette werkbespreking
Snel of snelle werkbespreking
Wit of witte werkbespreking
Klein of kleine werkbespreking
Rood of rode werkbespreking
Dik of dikke werkbespreking
Oud of oude werkbespreking
Goed of goede werkbespreking
Wat rijmt er op werkbespreking
Elk of elke: Elke werkbespreking
Aanwijzend voornaamwoord: Die werkbespreking
Bezittelijk voornaamwoord: Onze werkbespreking
Wat rijmt er op werkbespreking
huiswerkbespreking - startwerkbespreking -
Oefening van de dag